Een wormpje in de appelboom
had op een dag een vreemde droom,
de appels wiegden aan hun tak,
hij hoorde hoe de kleinste sprak;
‘die worm belet mij in mijn groei,
ik hou niet van dat gebemoei,
zo word ik nooit wie ik wil zijn
en dat geboor doet ook nog pijn.’
Zo had de worm het niet bedoeld,
hij had zich nooit zo ingevoeld,
voor hem was het een voedingsbron,
zijn medelevensstrijd begon.
Het schaamrood in de appelboom
getuigt nog van die wormendroom.
Coby Poelman-Duisterwinkel
Wat leuk Coby.
BeantwoordenVerwijderenDankjewel Hilly!
Verwijderen