zondag 26 juli 2020

Opgeheven geheim

Ik kan het nu wel zeggen
zei ze zacht,
hoe op een dag
ze boven wilde kijken
maar van de kinderen
mocht ze niet op de trap,
‘k ben heel voorzichtig
achter haar aan geklommen,
ze was de koningin te rijk,
zo blij nog even
weg te kunnen dromen
in haar vroegere koninkrijk.

Maar de weg terug,
een uur waren we bezig,
toen ik bezweet bedacht wat nu
werd me iets ingegeven,
we gingen op de knieën,
tree voor tree.

Het was zo’n lieve vrouw,
ik gunde het haar zo
die ene wens
te gaan vervullen,
het is gelukt,
ik kan ‘t je nu
in alle openheid onthullen.

Ontroerd ontmoette ik
haar blik,
zij bracht wie ik zo miste
hier beeldend in herinnering,
zo liefdevol, als een vriendin,
ik zag in haar
die donkere ogen lichten.

Coby Poelman-Duisterwinkel


Geen opmerkingen:

Een reactie posten