Ik kan het nu wel zeggen
zei ze zacht
hoe op een dag
ze boven wilde kijken
maar van de kinderen
mocht ze niet op de trap
‘k ben heel voorzichtig
achter haar aan geklommen
ze was de koningin te rijk
zo blij nog even
weg te kunnen dromen
in haar vroegere koninkrijk
maar de weg terug
een uur waren we bezig
toen ik bezweet bedacht wat nu
werd me iets ingegeven
we gingen op de knieën
tree voor tree
het was zo’n lieve vrouw
ik gunde het haar zo
die ene wens
te gaan vervullen
het is gelukt
ik kan ‘t je nu
in alle openheid onthullen.
Ontroerd ontmoette ik
haar blik
zij bracht
wie ik zo miste
hier beeldend
in herinnering
zo liefdevol,
als een vriendin
ik zag in haar
die donkere ogen lichten.
Coby Poelman-Duisterwinkel
Geen opmerkingen:
Een reactie posten