In de pauze van de koffieochtend hoor ik naast me een
interessant gesprek. Mijn nieuwsgierigheid neemt toe en ik buig me iets meer
naar de vertelster. Ja hoor zegt ze, gewoon de braadpan onder de kraan, niks
boter of olie. Ik braad mijn vlees al 10 jaar in water. Hamburgers,
gehaktballen, kipfilet. Mijn mond valt bijna open van verbazing. Wordt je vlees
dan wel bruin, smaakt het niet naar water?
Het vlees wordt echt bruin, dat komt door het vet waar
genoeg van in het vlees zit, je wilt niet weten hoe vet mijn braadpan nog is
als ik hem afwas.
Ik ben overtuigd, nog deze avond ga ik het uitproberen.
Ik haal de gemarineerde varkensfiletlapjes uit de diepvries, houd de braadpan
onder de kraan en dompel de bevroren lapjes onder. Gas op hoog en kijk wat er
gebeurt. Het water gaat koken en de lapjes ontdooien. Ik keer ze om en om en de
marinade begint heerlijk te ruiken in het kookwater. De lapjes borrelen in de
pan. Op een gegeven moment is er bijna geen water meer en beginnen de lapjes
zowaar bruin te worden. Ik draai het gas laag en doe het deksel op de pan. Het
ruikt heerlijk. Als de aardappels en de prei gaar zijn kijk ik naar mijn
lapjes. Hm, ik wil eigenlijk wel iets meer jus. Ik leg de lapjes op een bord en
giet de prei af in de braadpan. De jus is zelfs na deze actie mooi bruin.
We zitten aan tafel. Ik proef, mmm, vanuit mijn ooghoek kijk
ik naar mijn man.
Als hij zijn bord bijna leeg heeft vraag ik of het hem
gesmaakt heeft.
Heerlijk zegt hij en neemt met smaak de laatste hap.
Ik geniet en besluit het geheim nog niet prijs te geven.
Morgen moeten de gehaktballen eraan geloven.
Coby Poelman - Duisterwinkel